Aansprakelijkheid in spel en sport

Sporten is goed voor de gezondheid, althans als er geen ongelukken gebeuren. Het kan zomaar gebeuren dat u een enkel verdraaid tijdens een potje voetbal of dat u gedurende het tennissen problemen krijgt met uw schouder. Dit zijn sportblessures waar u alleen aansprakelijk voor bent. Krijgt u echter last van een blessure door toedoen van een ander, dan het kan het zijn dat diegene aansprakelijk kan worden gehouden voor de schade.

Wat is rechtmatig en wat niet?

Bij het uitvoeren van een sport, is de aansprakelijkheid soms een lastige kwestie. Wat buiten het veld onrechtmatig is, kan binnen het veld rechtmatig zijn. Een voorbeeld hiervan is het ongelukkig slaan van een tennisbal, die uiteindelijk terecht komt in het gezicht van de tegenstander. De speler die de bal sloeg is in dit geval niet aansprakelijk voor het opgelopen letsel. Deze gedragingen horen bij het spel en daardoor valt het onder het risico van de sport.

Wanneer het gedrag echter duidelijk abnormaal is en niet meer gericht is op het spel, dan kan het als onrechtmatig worden gezien. In deze gevallen heeft het slachtoffer recht op schadevergoeding. Het is niet het geval dat bij iemand bij elke overtreding aansprakelijk kan worden gesteld. Naarmate het gedrag ernstiger wordt, neemt de kans op aansprakelijkheid toe. Een voorbeeld van abnormaal gedrag is bijvoorbeeld het ‘’natrappen’’ bij voetbal. Als de overtreding een rode kaart waard is, neemt de kans op aansprakelijkheid toe.

Uitspraak van de rechter
Bij forse letselschade komt de zaak te liggen bij de rechter. Deze beslist of het gedrag valt onder het risico van de sport of dat het gedrag onrechtmatig was. In het eerste geval zal de diegene die het letsel heeft veroorzaakt niet aansprakelijk worden gesteld.

Loopt u letsel op tijdens sport en wilt u de ander aansprakelijk stellen? Zorg dan dat u videobeelden en getuigen heeft, deze zijn erg belangrijk. U moet nu namelijk gaan bewijzen dat het gedrag wat uw letsel heeft veroorzaakt niet hoort bij het risico van de sport. U moet kunnen bewijzen dat het geen ongelukkige samenloop van omstandigheden is.